Nieuwe democratie: op zoek naar legitimiteit
Op vrijdag 24 maart in het Provinciehuis te Drenthe organiseerde de VB Noord een studiemiddag onder het thema: Nieuwe democratie: op zoek naar legitimiteit. We maken ons zorgen over de democratie. De politiek lijkt steeds verder af te staan van de burgers. Er ontstaat een tweedeling in de samenleving en tegenstellingen worden steeds scherper. Ondertussen zien raden en staten dat de legitimiteit van politiek en bestuur onder druk komt te staan. Vanuit alle hoeken en gaten komen adviezen die pleiten voor aanvullende vormen van democratie, die ervoor moeten zorgen dat burgers zich weer gehoord voelen. De vraag hierbij is: wat betekent dit voor de legitimiteit? Wordt deze sterker voor iedereen of geldt dit alleen voor de groep burgers die actief participeert? En welke effecten heft dit op de rol van de betrokken raden en staten?
Als eerste spreker verkende Henk van der Kolk (Universiteit Twente) de veronderstelde kloof tussen overheid en burger. We leerden dat dat eigenlijk niets nieuws is, dat we die kloof al benoemen zolang we een democratie zijn. Dat terwijl we onverminderd hoog in allerlei lijsten staan (weinig corruptie, hoge participatie). Toch is er wel degelijk iets aan de hand: inwoners zijn tevreden over de democratie, maar steeds minder tevreden over de regering. Politici benoemen dat als wantrouwen in het systeem, maar het lijkt vooral wantrouwen in politici te zijn, en dan vooral bij de groep die het laagst opgeleid is en het minst participeert. Participatie wordt als oplossing gezien, maar bereikt juist niet die groep mensen die het gebrek aan vertrouwen hebben. Wellicht ligt de oplossing meer in het sterker politiseren van allerlei keuzes en besluiten. Zo werken we meer aan het daadwerkelijke probleem.
Saskia Duursma van CMO STAMM nam ons mee in de grote variatie aan participatiemogelijkheden. Inwoners maken steeds vaker duidelijk dat ze mee willen doen in het denken over beleid en het helpen uitvoeren van beleid. Maar dat levert soms wel een scheef beeld op: de groep die meedoet is beperkt en een aanzienlijk deelt heeft wil daar niet aan meedoen. De ervaring is dat 30% graag wil, 20% niet wil en 50% zich afzijdig houdt. De strategie zou zich moeten richten op die groep om hen te activeren tot eigenaarschap en verantwoordelijkheid voor de leefomgeving. Daarbij zijn tal van vormen denkbaar. Dat heeft impact op de rol van de raad, die zal steeds meer verbinder tussen de verschillende groepen inwoners moeten zijn en steeds minder alleen als vertegenwoordiger.
Annemarie Kok (auteur van het in februari verschenen RUG-essay Binding genoeg. De stad en het geheim van aangenaam samenleven) belichtte de kloof vanuit ander perspectief. Maakt iedereen zich wel zorgen, of zijn veel mensen best heel tevreden en blij met het gekozen bestuur? Als kiezers te dicht bij gekozenen komen te staan, ontstaan koortsachtig bestuur gericht op de korte termijn. Afstand is dan heel gezond. De term kloof veronderstelt dat er een soort leegte is, maar tussen overheid en inwoner staan allerlei andere organisaties en verbanden. Een beetje meer respect voor professioneel bestuur zou de maatschappij dienen.
In drie workshops werden verschillende participatie initiatieven verkend. Frank Brander en Liesbeth van de Wetering lieten zien op welke wijze de Gemeente Groningen zoekt naar een nieuwe verhouding tussen overheid en inwoner. Een heel aantal verschillende instrumenten is ingezet, om in iedere wijk een optimale aansluiting te krijgen (wijkraad, burgerbegroting, burgertop). Voorwaarde is de juiste informatie op het juiste niveau, wat ook inhoudt dat de organisatie steeds meer gebiedsgericht gaat werken.
Mijke Boedeltje (Griffie Provincie Drenthe) presenteerde hoe het Drents Parlement de afstand tot inwoners probeert te overbruggen door in haar communicatie zo goed mogelijk aan te sluiten bij de verschillende burgerschapsstijlen. Er is in beeld gebracht welke stijlen dominant zijn in welke gebieden en op die stijlen wordt de communicatie ingericht. Zo is er een meer persoonlijke strategie voor structuurzoekers, worden pragmatici via facebook bereikt en wordt voor de plichtsgetrouwe inwoners een website ingericht.
In een derde workshop vertelden Johan van Apperloo, Jan Hendrik Jansen en Pieter de Haan over hun ervaringen met de Friese Dorpentop op 5 november 2016. Op die dag is aan de hand van de G1000 werkwijze in beeld gebracht met welke thema’s de dorpen aan de slag willen om de leefbaarheid te bevorderen. Er is een drietal opvolgbijeenkomsten georganiseerd, waarin verschillende werkgroepen de resultaten van de dag uitwerken.
Aan het einde van de middag was er gelegenheid om met de sprekers te debatteren over nieuwe democratie. De dag bood verrassende en prikkelende inzichten. Het debat focuste zich vooral op de vraag: wat is het doel van participatie? En is participatie noodzakelijk om de democratie goed te laten functioneren? Een inspirerende middag, die uitnodigde tot verder nadenken.